Wilde zwijnen in beukenbos, voor eenmalig gebruik

Slecht mastjaar bezorgt wilde zwijnen zware winter

De Natuurkalender
25-NOV-2012 - De wilde zwijnen gaan een moeilijke winter tegemoet. Doordat de beuken dit voorjaar niet, en de eiken nauwelijks bloeiden zijn er deze herfst weinig tot geen eikels en beukennoten gevormd. Aangezien wilde zwijnen voor hun overleving voor een groot deel afhankelijk zijn van deze boomvruchten, is een dergelijk slecht mastjaar funest voor veel dieren. Twee jaar geleden waren er ook geen beukennoten en nauwelijks eikels. Afgelopen jaar was de beukenmast juist erg goed.

Bericht uitgegeven door De Natuurkalender [land] op [publicatiedatum]

De wilde zwijnen gaan een moeilijke winter tegemoet. Doordat de beuken dit voorjaar niet, en de eiken nauwelijks bloeiden zijn er deze herfst weinig tot geen eikels en beukennoten gevormd. Aangezien wilde zwijnen voor hun overleving voor een groot deel afhankelijk zijn van deze boomvruchten, is een dergelijk slecht mastjaar funest voor veel dieren. Twee jaar geleden waren er ook geen beukennoten en nauwelijks eikels. Afgelopen jaar was de beukenmast juist erg goed.

Mast en wilde zwijnen
Wilde zwijnen leven van gras en boomvruchten als eikels en beukennoten. Met name het aantal boomvruchten varieert enorm van jaar tot jaar. De hoeveelheid eikels en beukennoten wordt mast genoemd. Een extreem goed mastjaar levert voedsel van augustus tot en met juni het jaar erna. In de vruchten die in augustus al van de boom vallen zit meestal een insect. Voor de zwijnen is dit geen enkel probleem. Deze vroege eikels en beukennootjes zijn erg welkom in de zomer, een tijd waarin de wilde zwijnen moeilijk voedsel kunnen vinden.

Wilde zwijnen in beukenbos (foto: Jan Huttinga)

In een slecht mastjaar of een redelijk mastjaar met veel wilde zwijnen raken de eikels en of beukennoten eerder op. Wilde zwijnen zijn op verschillende manieren afhankelijk van de hoeveelheid mast. Hun overleving, hun aantal en hun gewicht hangen ervan af; maar ook het tijdstip van de bronst, het aantal jongen, hun zichtbaarheid voor mensen en het aantal aanrijdingen met de dieren.

Mast 1990 tot 2010
Sinds 1990 houdt de Vereniging Wildbeheer Veluwe de jaarlijkse mast bij. In deze 22 jaar zijn er zes slechte mastjaren geweest: 1991, 1994, 1996, 1997, 2003 en 2010. In dat laatste jaar produceerden de verschillende eikensoorten bijvoorbeeld weinig eikels en waren er helemaal geen beukennoten. In combinatie met sneeuw tijdens bijna de hele maand december zorgde dit voor moeilijke omstandigheden voor de wilde zwijnen. Met uitzondering van 2003 was de mast van 1998 tot en met 2009 redelijk goed tot goed. Onder andere hierdoor ging het in deze periode goed met de wilde zwijnen.

Mastopbrengst Amerikaanse eiken, inlandse eiken en beuken in de periode 1990 tot 2011. Lokvoer is een kleine hoeveelheid voer (maïs of graan) die onder andere wordt gebruikt om het aantal wilde zwijnen te inventariseren (figuur: Vereniging Wildbeheer Veluwe)

Mast 2011
Vorig jaar gaven de beuken de meeste mast: het aanbod aan beukennoten was zo groot dat de wilde zwijnen in mei nog steeds beukennoten vonden in de beukenbossen. De inlandse eiken zaten ongeveer op de helft van hun maximale opbrengst. Het aantal eikels van de Amerikaanse eik verschilde sterk per lokatie.

2012
Deze herfst zijn er weinig tot geen inlandse eikels en geen enkele beukennoot te vinden op de Veluwe. Op sommige plekken zijn er wel veel Amerikaanse eikels. Deze mastsituatie geldt voor vrijwel geheel noordwest Europa. Afgelopen voorjaar bloeiden de beuken niet en was de bloei van de inlandse eiken beperkt. Daarnaast hebben late nachtvorst en rupsenvraat ervoor gezorgd dat er lokaal helemaal geen eikels zijn gevormd. De Amerikaanse eik had in 2011 een goede bloei en hierdoor een goede oogst in 2012*, hoewel ook van deze soort lokaal bomen zijn kaalgevreten of aangetast door vorst. Dit voorspelt dus weinig goeds voor de zwijnen komende winter. Zodra de weinige eikels op zijn – en dat is inmiddels op de meeste plaatsen het geval - zullen ze een moeilijke tijd tegemoet gaan.

*De Amerikaanse doet er twee jaar over om eikels te vormen. 

Tekst: Sara Mulder, De Natuurkalender, in samenwerking met Gerrit Jan Spek, Vereniging Wildbeheer Veluwe
Foto: Jan Huttinga
Figuur: Vereniging Wildbeheer Veluwe