Krokus met vorstschade op 16 januari 2012 in Ede. Voorgaande nacht enkele graden vorst aan de grond gehad.

Kortere tulpen na vorst

De Natuurkalender
30-JAN-2012 - De aankomende vorstperiode hoeft niet gelijk het einde te betekenen voor alle bloembollen die door de zeer warme wintermaanden al uitlopen of zelfs al in bloei staan. Veel soorten kunnen redelijk wat vorst hebben. Met de huidige vorstverwachting is het echter aan te raden om de opgekomen bloembollen af te dekken.

Bericht uitgegeven door PPO Bloembollen, Wageningen UR en De Natuurkalender [land] op [publicatiedatum]

De aankomende vorstperiode hoeft niet gelijk het einde te betekenen voor alle bloembollen die door de zeer warme wintermaanden al uitlopen of zelfs al in bloei staan. Veel soorten kunnen redelijk wat vorst hebben. Met de huidige vorstverwachting is het echter aan te raden om de opgekomen bloembollen af te dekken.

Bloeiende narcissen in Ede op 16 januari 2012 (foto: Arnold van Vliet)Het is veel mensen opgevallen dat diverse bolgewassen vroeg tot zeer vroeg in bloei komen dit jaar. Eerder meldden we al de zeer vroege bloei van krokusjes en sneeuwklokjes, maar ook diverse narcissen staan al meer dan een week in volle bloei. Normaal gesproken bloeien ze pas in de loop van maart. De komende week voorspelt het KNMI een flinke vorstperiode met minima die aan het einde van de week ruim onder de -10 graden Celsius komen. De vraag die veel mensen bezig houdt is wat de aankomende vorstperiode gaat betekenen voor de bloembollen die nu boven de grond staan.

Verkleuringen en vorstblaasjes
Er is nog nooit structureel onderzoek gedaan naar wat vorst doet met bolgewassen die al in blad of in bloei staan. De ervaring leert echter dat uitgelopen en bloeiende bolgewassen redelijk wat vorst kunnen verdragen. Een korte periode van matige vorst in de nacht met zelfs maximumtemperaturen die onder nul liggen kunnen ze overleven. Zelfs planten die na de vorst helemaal slap hangen zullen zich veelal na een paar dagen weer oprichten. Dit betekent niet dat de planten helemaal geen schade oplopen. Delen van de plant die bevroren zijn geweest en waar cellen kapot zijn gegaan door de ijskristallen laten soms verkleuringen zien. Onder extreme omstandigheden kunnen bloemen verdrogen. De invloed van vorst is per soort bolgewas en cultivar weer anders. De kans op het optreden van onherstelbare schade neemt bij het optreden van strenge tot zeer strenge vorst beduidend toe. Zo zijn de bovengrondse plantendelen van narcissen gevoeliger naarmate het weer daarvoor erg groeizaam is geweest. Het laatst uit de grond gegroeide, jonge bladgedeelte bevriest dan het eerst. Op deze plaats kan het blad omknikken en verdrogen. Op de bloemknoppen kunnen vorstblaasjes ontstaan waardoor de bloemdelen later niet goed ontluiken.

Bevroren krokus (foto: Arnold van Vliet)

Korte bloemstengels
Na bevriezing van de stengel kunnen zich holtes vormen in de normaal gesproken massieve stengeldelen. Deze holtes belemmeren het transport van water door de plant waardoor de strekking van de stengel belemmerd wordt en de planten korter blijven. De bloem kan in zo’n geval ook meer tussen het blad blijven zitten waardoor de decoratieve waarde van de bloem minder groot is.
Na een langdurige vorstperiode kan stagnatie van de waterafvoer door “hal” (een bevroren laag in de ondergrond), leiden tot wateroverlast. Dit leidt tot zuurstofgebrek van de bol waardoor deze kan verstikken.

Verzwakte planten
Als bloembollen voor het bewortelen en uitlopen blootgesteld worden aan langdurige vorst (bijvoorbeeld enkele maanden net onder het vriespunt) of aan strenge vorst dan kan de opperhuid van de bolrokken* los komen te liggen op het onderliggende bolrokweefsel. Aangezien deze rokken de voedingstoffen bevatten voor de nieuwe plant ontstaan er na vorst zwakkere planten. Wat precies de invloed is van ziekten en plagen op de door vorst verzwakte bollen en planten is onduidelijk.

* De bol van tulpen, narcissen en uien is opgebouwd uit opgezwollen bladeren, de bolrokken, die voor de opslag van reservevoedsel dienen.

Vooral tuinen en plantsoenen
Het zijn momenteel vooral de bloembollen in tuinen en plantsoenen die al uitlopen of in bloei staan. Het gaat daarbij veelal om erg vroeg in de herfst van 2011 geplante bloembollen of om overjarige bloembollen uit eerdere plantingen (bloembollen die zogenaamd “vast” blijven staan en niet elk seizoen opnieuw geplant hoeven te worden).

De professionele bollentellers houden altijd rekening met vorst door het planttijdstip gunstig te kiezen en de bollen altijd voldoende diep te planten. Ook wordt na het planten een zogenaamde “dek” van stro aangebracht om onder andere extra bescherming tegen vorst te bieden. Winterse omstandigheden blijven echter altijd mogelijk tot ver in het voorjaar zoals de onderstaande foto van tulpen in april 1998 laat zien.Tulpen die in april 1998 nog met winterse omstandigheden te maken kregen (foto: Peter Vink)

Droog blad
Met de huidige vorstverwachtingen is het aan te raden om de opgekomen bloembollen af te schermen met wat snoeisel uit de tuin. Droog blad kan ook, maar dan wel afdekken met (bubbeltjes)plastic om het nat worden van het blad te voorkomen in verband met gevaar op rotting.

Tekst: Arnold van Vliet, De Natuurkalender en Peter Vink, PPO Bloembollen, Wageningen UR
Foto's: Arnold van Vliet en Peter Vink