donker brandnetelkapje klein

Nachtvlinders nog actief

De Vlinderstichting
3-OKT-2008 - Ondanks het herfstige weer zijn er de afgelopen dagen nog meer dan 50 soorten nachtvlinders gezien, deels als vlinder en deels als rups. Deze dieren zijn ook actief bij lagere temperaturen en momenteel zijn de echte najaarssoorten aanwezig.

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting op vrijdag 3 oktober 2008

Ondanks het herfstige weer zijn er de afgelopen dagen nog meer dan 50 soorten nachtvlinders gezien, deels als vlinder en deels als rups. Deze dieren zijn ook actief bij lagere temperaturen en momenteel zijn de echte najaarssoorten aanwezig. Zoveel soorten nachtvlinders kom je niet zomaar tegen, daar moet je wel wat voor doen!

Op veel plekken in Nederland worden er regelmatig met behulp van een felle lamp en een opgespannen wit laken nachtvlinders gelokt. De vlinders raken gedesoriënteerd en gaan zitten op het laken, waarna ze, met behulp van de nodige boeken, op naam kunnen worden gebracht. Er zijn namelijk meer dan 2000 soorten nachtvlinders in Nederland en die zijn niet allemaal even gemakkelijk uit elkaar te houden. Je hoeft trouwens niet zo’n installatie op te bouwen, want op een goede avond zitten er ook nachtvlinders bij de buitenlamp naast de voordeur.

Er zijn de afgelopen dagen 44 verschillende soorten als vlinder waargenomen. Nu, in het najaar, zijn er vooral veel uilen actief. Sommige vliegen wel door tot ver in december en kunnen ook prima tegen wat nachtvorst. Ze hebben schitterende namen zoals roodkopwinteruil, maansikkeluil, donker brandnetelkapje (foto links), papegaaitje, piramidevlinder, roesje en puta-uil. Maar ook overdag kun je nog nachtvlinders vinden. Er zijn nachtvlinders die gewoon overdag (als het droog is) rondvliegen, zoals de gamma-uil en de kolibrievlinder, maar ook sommige rupsen zijn goed te vinden. Zo zijn er de afgelopen week meldingen van 22 soorten rupsen bij De Vlinderstichting (via telmee.nl) binnengekomen, waaronder maar liefst 38 exemplaren van de perzikkruiduil (foto rechts).

 

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting