Bosuil

Uilskuiken of takkeling?

De Natuurkalender
14-MEI-2010 - Met sommige diersoorten moet je geluk hebben om ze aan te treffen. Neem de bosuil, actief in de late uurtjes en meestal alleen op te merken aan een spookachtige roep. Nu kom je een volwassen exemplaar dus al niet dagelijks tegen, laat staan de bijbehorende uilskuikens ook wel takkelingen genoemd.

Bericht uitgegeven door De Natuurkalender op [publicatiedatum]

Met sommige diersoorten moet je geluk hebben om ze aan te treffen. Neem de bosuil, actief in de late uurtjes en meestal alleen op te merken aan een spookachtige roep. Nu kom je een volwassen exemplaar dus al niet dagelijks tegen, laat staan de bijbehorende uilskuikens ook wel takkelingen genoemd.

Foto: IVN Vecht & PlassengebiedToch zijn ze er nu al volop, de uilskuikens van de bosuil. Bosuilen zijn namelijk zeer vroege broeders en zitten vanaf maart al op de eieren. In april komen de eieren uit en na vier of vijf weken verlaten de jonge het nest. Nu dus! Ze blijven echter nog even in de buurt, zittend op naburige takken. Jonge bosuilen hebben dan ook de naam ‘takkelingen’. Tot een leeftijd van ruim twee tot drie maanden worden ze nog door de ouders gevoerd en oefenen ze met vliegen. Daarna worden ze verstoten en moeten ze zelf een territorium zien te bemachtigen.

De bosuilen doen het relatief beter dan veel andere uilensoorten in Nederland. Het aantal broedparen neemt namelijk langzaam toe en staat nu op 4500-5500. Zoals gezegd, zijn uilen niet de meest opvallende vogels en kan het zijn dat ze niet allemaal worden waargenomen. In de nacht zijn ze dan ook beter te horen dan te zien. Een goede kans om ze overdag te zien, is wanneer ze worden weggejaagd van hun slaapplek door andere vogels, die het niet zo hebben op roofvogels in hun buurt. Nu zijn het vooral de bosuilen zelf die moeten uitkijken voor andere roofvogels. Zittend op hun tak en wachtend tot de ouders het eten komen brengen, zijn jonge bosuilen namelijk een erg gemakkelijke prooi voor haviken.

www.sovon.nlHet is niet altijd goed gegaan met de bosuilen. Dit heeft verschillende oorzaken gehad. Zowel de opeenhoping van landbouwgiffen, zoals DDT, en de afname van nestmogelijkheden hebben een grote invloed gehad. De giffen zorgden ervoor dat de eierschalen zo zwak werden dat ze braken voor het broeden goed en wel was afgerond. En voor nestgelegenheid zijn ze in grote mate afhankelijk van oude holle bomen, die in Nederland niet altijd voorhanden zijn geweest. Het plaatsen van nestkasten heeft de bosuil dan ook een handje geholpen. Maar ook andere uilen, zoals de kerkuil profiteren van nestkasten. Bijna 90 procent van de kerkuilen maakt hier zelfs gebruik van. Nu live te zien op www.beleefdelente.nl. Uilenkasten zijn zeer eenvoudig aan te schaffen of zelf te maken. Misschien een idee voor volgend jaar?

Tekst: Lysanne Snijders, De Natuurkalender
Geluid: (c) ETI BioInformatics, www.SoortenBank.nl

Bronnen:
IVN Vecht en Plassengebied
Vogelbescherming Nederland