Wilde zwaan; vierkant

Wilde zwaan op doorreis naar het hoge noorden

25-FEB-2010 - In het beekdallandschap van de beek de Dwingelderstroom (Drenthe) is een grote groep van 79 wilde zwanen neergestreken. Vermoedelijk omdat in dat gebied knobbelzwanen zitten en zij die van grote hoogte al hebben gespot.

Bericht uitgegeven op donderdag 25 februari 2010

In het beekdallandschap van de beek de Dwingelderstroom (Drenthe) is een grote groep van 79 wilde zwanen neergestreken. Vermoedelijk omdat in dat gebied knobbelzwanen zitten en zij die van grote hoogte al hebben gespot.

Fourageren

Ze fourageren graag tussen hun soortgenoten omdat het veiliger is tegen  eventuele vijanden. De wilde zwanen, die ook wel zang- of zingzwaan genoemd worden, maken een trompetachtig geluid. Vandaag nemen ze even pauze en eten de buiken vol, om later als de mist is opgetrokken, door te vliegen naar hun broedgebieden in Noord Europa.

De verschillen
Opvallend verschil zit in de snavel. De knobbelzwaan heeft een knobbel en een oranje snavel. De wilde waan heeft geen knobbel en een prachtige geel zwarte snavel. Je kunt ze gemakkelijk uit elkaar houden door naar de snavels te kijken. Een ander verschil is dat de knobbelzwaan geen enkel geluid maakt en de wilde zwanen trompetteren.

Broeden
Zwanen zijn monogaam; een paar blijft hun hele leven bij elkaar. Het nest bevindt zich op de grond of op een berg plantaardig materiaal in of op de oever van water. Het vrouwtje broedt gemiddeld zes bleke, effen eieren uit. Ondertussen houdt het mannetje de wacht. De nestjongen hebben nog een grijze of bruine donsvacht en een relatief korte hals. Al een paar uur na het uitkomen, kunnen ze lopen en zwemmen. Het zijn dus nestvlieders. Gedurende enkele maanden worden de jongen door beide ouders warm gehouden en bewaakt. Voedsel zoeken doen ze zelf.

Bron: Natuurmonumenten
Foto: IVN Vecht en Plassengebied