Enorme toename Herfstschroeforchis Hompelvoet

FLORON
7-OKT-2015 - Met slechts enkele bekende vindplaatsen is de Herfstschroeforchis een zeer zeldzame orchideeënsoort in Nederland. Op één plek, het onbewoonde eiland Hompelvoet in Zuid-Holland, komt deze soort vanaf half augustus echter met tienduizenden tegelijk in bloei. Kees de Kraker volgt deze populatie Herfstschroeforchissen op de Hompelvoet al sinds 2004. In dat jaar werd de populatie met 300 bloeiende planten voor het eerst ontdekt. Uit zijn tellingen blijkt nu dat het aantal Herfstschroeforchissen de afgelopen jaren explosief is toegenomen. De populatie is met zekerheid de grootste van Nederland en misschien wel van Europa.

Bericht uitgegeven door FLORON [land] op [publicatiedatum]

Met slechts enkele bekende vindplaatsen is de Herfstschroeforchis een zeer zeldzame orchideeënsoort in Nederland. Op één plek, het onbewoonde eiland Hompelvoet in Zuid-Holland, komt deze soort vanaf half augustus echter met tienduizenden tegelijk in bloei. Kees de Kraker volgt deze populatie Herfstschroeforchissen op de Hompelvoet al sinds 2004. In dat jaar werd de populatie met 300 bloeiende planten voor het eerst ontdekt. Uit zijn tellingen blijkt nu dat het aantal Herfstschroeforchissen de afgelopen jaren explosief is toegenomen. De populatie is met zekerheid de grootste van Nederland en misschien wel van Europa.

Om de Herfstschroeforchissen (Spiranthes spiralis) nauwkeurig te kunnen tellen, legt Kees de Kraker bij elke bloeiend exemplaar een kokkelschelp. Dit jaar waren er echter zoveel exemplaren dat bij 17.000 neergelegde schelpjes (170 zakjes van 100 schelpen) de schelpen al op waren. De overige exemplaren zijn meer globaal geteld. Het totale aantal in 2015 kwam uit op minstens 45.000 bloeiende exemplaren. Recent is de korte reportage “De geur van Herfstschroeforchis” verschenen, waarin Kees de Kraker ons meeneemt naar de Hompelvoet en de Herfstschroeforchis.

Bloeiende Herfstschroeforchis met bezoeker (foto: Kees de Kraker)

Aantalsverloop bloeiende exemplaren Herfstschroeforchis sinds de ontdekking van de populatie in 2004 (data: Kees de Kraker)De Hompelvoet is een voormalige getijdeplaat in de Grevelingen, die na de afsluiting van deze zeearm is veranderd in een fraai begroeid eiland. Ruim de helft van het eiland bestaat tegenwoordig uit open gebied met schrale en heischrale graslanden. Zeldzame soorten als Parnassia, Geelhartje, Slanke gentiaan, Maanvaren en de orchideeën Harlekijn, Groenknolorchis en Herfstschroeforchis vormen prachtige vegetaties. Door jaarrond begrazing van grote grazers en jaarlijks maaien van struweelopslag, houdt Staatsbosbeheer deze rijke natuur in stand.

Herfstschroeforchis groeit op zonnige, grazige, niet te droge en ook niet uitgesproken natte plaatsen op basenrijke, zwak zure tot zwak basische, vrij schrale bodem. De schrale, begraasde condities op Hompelvoet lijken bij uitstek geschikt als groeiplaats voor de Herfstschroeforchis. Aangenomen wordt dat de Herfstschroeforchis 8 tot 15 jaar nodig heeft om zich te ontwikkelen van zaad tot bloeiende plant. Hoewel de soort pas voor het eerst in 2004 op Hompelvoet werd waargenomen, was de soort mogelijk al in de jaren ’80 in het gebied aanwezig.

Uitgebloeide Herfstschroeforchissen in schraal grasland op de Hompelvoet (foto: Kees de Kraker)

Zo goed als de Herfstschroeforchis gedijt op de Hompelvoet, zo slecht gaat het op Nederlandse schaal. De soort is sterk achteruit gegaan als gevolg van ontginning, bemesting, veranderd agrarisch gebruik, ontwatering en bebossing. Tegenwoordig komt de soort op slechts enkele plaatsen voor langs de kust en is er één vindplaats bekend in Zuid-Limburg. Een vanouds bekende vindplaats zijn de Westduinen op Goeree op 3,5 kilometer afstand van Hompelvoet. Aannemelijk is dat het zaad voor de populatie op de Hompelvoet vanuit de Westduinen is aangewaaid.

Meer info online:
http://duinenenmensen.nl/berichten-van-hompelvoet/
http://duinenenmensen.nl/duinvalleieilanden-of-hollands-vulkanisme/

Tekst: Leonie Tijsma en Rob Fraaije, FLORON, Kees de Kraker, Ecologisch Adviesbureau Sandvicensis, Rolf Roos, Uitgeverij Natuurmedia en William van der Hulle Staatsbosbeheer
Foto’s: Kees de Kraker