2014: jaar van roetvlek, maagdenuil en windeweeskind

De Vlinderstichting
25-DEC-2014 - Terugkijkend op het afgelopen nachtvlinderjaar zien we dat er veel bijzondere soorten gezien zijn, waaronder een aantal nieuw voor Nederland. De Noordhollandse duinen en Zuid-Limburg waren de echte hotspots.

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]

Terugkijkend op het afgelopen nachtvlinderjaar zien we dat er veel bijzondere soorten gezien zijn, waaronder een aantal nieuw voor Nederland. De Noordhollandse duinen en Zuid-Limburg waren echte hotspots.

Roetvlek uit februari 2014 (foto: Luc Knijnsberg)Al in februari was er de melding van een roetvlek (Xylena exsoleta) uit de duinen bij Bergen. Deze vlinder is uiterst zeldzaam in Nederland. De laatste waarneming in ons land was in 2001 uit Drenthe. Door de zeer zachte winter was hij dit jaar waarschijnlijk al veel eerder actief dan maart, wat gebruikelijk is. In zuidelijke landen als Frankrijk is de soort algemener in haar voorkomen en mogelijk is de vlinder met de warme zuidelijke winden meegevoerd naar het Hollands duin.

Het PWN-duingebied is trouwens vaker het decor van zeldzame nachtvlinders. In februari verscheen een rapportage over de nachtvlinders daar in 2013 en daarin staan veel mooie vondsten. Zo werd de gezaagde eikenvouwmot (Phyllonorycter kuhlweiniella) gezien en heeft de gevlekte winteruil (Conistra rubiginea) zich echt gevestigd. In 2014 was er ook nog een waarneming van een spectaculair blauw weeskind (Catocala fraxini). 

Eucarta virgo, die we voorlopig maagdenuil noemen (foto: Siep Sinnema)Maar ook in Limburg worden veel mooie nachtvlinderwaarnemingen gedaan. Nieuw voor ons land waren de zoomvlekspanner (Stegania cararia) in juni en de esdoornblokspanner (Nothocasis sertata) op 29 september.  Beide werden ontdekt door Paul Vossen en Mark de Mooij, die zeer regelmatig nachtvlinderonderzoek doen met een felle lamp en een laken. Een andere nieuwe soort voor ons land werd op een heel andere manier ontdekt. Bij het werken in de vlindercollectie vond Rob de Vos een ‘windeweeskind’ (Aedia leucomelas), die al in juni 1987 was verzameld in Urmond. De soort was tot dusverre nooit als zodanig herkend. In Friesland werd een Eucarta virgo gevonden, die we voorlopig maagdenuil noemen en uit Zeeland kwam de melding van het vaal kokerbeertje, een soort die in Vlaanderen al veel meer wordt waargenomen en aan een ware opmars bezig is.

Er zijn steeds meer mensen die zich bezig houden met nachtvlinders. De uitgave van de nachtvlindergids door Tirion in 2006 heeft een enorm stimulerende werking gehad en gelukkig komt er in januari een geheel herziene en bijgewerkte versie uit van dit standaardwerk dat al jaren is uitverkocht. Met die gids kunnen in 2015 nog weer meer nachtvlinders worden doorgegeven aan de invoerportalen Waarneming en Telmee.

Tekst: Kars Veling, De Vlinderstichting
Foto’s: Luc Knijnsberg & Siep Sinnema