Stadse huismus, thans stabiel, internationaal in belangstelling

Sovon Vogelonderzoek Nederland
21-NOV-2014 - Dat huismussen lang niet meer zo talrijk zijn als enkele tientallen jaren geleden, is een open deur. In het laatste kwart van de twintigste eeuw is de Nederlandse stand bijna gehalveerd. Gebrek aan (hoogwaardig) voedsel en goede nestgelegenheid worden beschouwd als belangrijke factoren hierbij.

Bericht uitgegeven door Sovon Vogelonderzoek Nederland [land] op [publicatiedatum]

Dat huismussen lang niet meer zo talrijk zijn als enkele tientallen jaren geleden, is een open deur. In het laatste kwart van de twintigste eeuw is de Nederlandse stand bijna gehalveerd. Gebrek aan (hoogwaardig) voedsel en goede nestgelegenheid worden beschouwd als belangrijke factoren hierbij.

Stabiel
Vanaf de eeuwwisseling is de grote afname gestopt. De populatie in stedelijk gebied is nu stabiel. Daarmee doet de huismus het beter dan de spreeuw, waarvan de aantallen in stedelijk gebied nog steeds afnemen. Stabiliserende aantallen huismussen, na eerdere afname, zijn overigens ook uit Engeland gemeld.

Jonge huismussen op schutting (foto: Harvey van Diek)

Dat we in eigen land weten wat er met stadse huismussen aan de hand is, komt voor een belangrijk deel op conto van het Meetnet Urbane Soorten (MUS) van Sovon. Een speciaal voor stadsvogels opgezet meetnet waaraan liefst 750 tellers deelnemen. Die ieder jaar weer trouw op hun telpunten te vinden zijn, soms midden in de stad!

Mussen-Symposium
De verdwijning van huismussen uit delen van de stad is niet alleen in Nederland opgemerkt. Integendeel, het verschijnsel is bekend uit allerlei delen van Europa en ook elders. Het vormde aanleiding tot internationale symposia over deze soort, die bij veel stadsbewoners op sympathie kan rekenen. Vorige symposia vonden plaats in Engeland, deze week is er op donderdag en vrijdag een nieuw symposium, ditmaal in het Belgische Gent (pdf; 0,4 MB). Experts en onderzoekers uit Europa en daarbuiten delen er hun kennis en geven er presentaties over de stand van zaken. Ons land zal daarbij niet ontbreken.

Nestor van het onderzoek
Op het symposium zal J. Denis Summers-Smith (94) via een video zijn bevindingen delen. Met recht de ‘éminence grise’ van het huismussenonderzoek. Kort na de tweede wereldoorlog begon hij als amateur met een studie van de huismus. Niet omdat hij voorzag dat het slecht zou gaan met de soort, maar omdat reizen in die periode lastig was. Later, in zijn functie als werktuigbouwkundig ingenieur, kwam hij over de hele wereld en dat bood hem de kans om ook elders naar mussen te kijken. De huismus als onderzoeksobject was in die tijd bijzonder. Hij was zeer algemeen en werd op veel plekken bestreden vanwege het massale bezoek aan graanvelden (iets dat in Nederland tot ver in de jaren tachtig plaatsvond). In zijn boek The House Sparrow (1963) voorspelde Summers-Smith de huismus een glorieuze toekomst. Dat bleek te optimistisch.

Tekst: Jan Schoppers & Fred Hustings, Sovon Vogelonderzoek Nederland
Foto: Harvey van Diek, Sovon Vogelonderzoek Nederland