Bruinvis Schelde

Waar zijn de bruinvissen heen?

13-OKT-2014 - In het voorjaar van 2013 werden meer dan 150 waarnemingen gedaan van bruinvissen in de Schelde en de Rupel. Ondanks een telcampagne van de Vlaamse Zoogdierenwerkgroep, en de inspanningen van honderden mensen die een oogje op de Schelde hielden, werd dit jaar slechts één bruinvis gesignaleerd.

Bericht uitgegeven door Zoogdierenwerkgroep Natuurpunt [land] op [publicatiedatum]

In het voorjaar van 2013 werden meer dan 150 waarnemingen gedaan van bruinvissen in de Schelde en de Rupel. Helaas spoelden vorig jaar ook dertien dode exemplaren aan. Ondanks een telcampagne van de Vlaamse Zoogdierenwerkgroep, en de inspanningen van honderden mensen die een oogje op de Schelde hielden, werd dit jaar slechts één bruinvis gesignaleerd. Een sluitende oorzaak voor het fluctuerend aantal waarnemingen en het hoge sterftepercentage is er voorlopig niet. Een fenomeen dat beslist meer onderzoek vraagt.

De laatste jaren zwemmen bruinvissen vaker dan vroeger de Belgische rivieren op. Hoewel het nog niet geheel duidelijk is waarom ze dat doen, zal de verbeterde waterkwaliteit en de daaraan verbonden stijging van het visbestand daar niet vreemd aan zijn. Watervervuiling, bejaging en voedselgebrek maakten van de bruinvis een zeldzame verschijning in Belgische rivieren. Inspanningen om de waterkwaliteit te verbeteren lijken nu hun vruchten af te werpen: de laatste tien jaar is de waterkwaliteit van de Schelde en de Rupel er sterk op vooruitgegaan en tegenwoordig kan je er weer een dertigtal vissoorten terugvinden.

Ondanks de verhoogde alertheid werd dit voorjaar maar één bruinvis waargenomen tegenover 150 exemplaren vorig jaar (Foto: Joachim Pintens)

Hoog klimmen en laag vallen
Tussen 2008 en 2012 werden in de Schelde en de Rupel amper zes waarnemingen gemeld van bruinvissen. 2013 was met ruim 150 waarnemingen tussen maart en mei een absoluut recordjaar. Helaas werden van de naar schatting twintig bruinvissen die vorig jaar gesignaleerd werden, dertien exemplaren dood teruggevonden. Omdat de oorzaken voor deze hoge sterfte nog onduidelijk zijn, riep de Zoogdierenwerkgroep in 2014 op om dode of levende exemplaren te melden. Ondanks de verhoogde alertheid werd dit voorjaar slechts één bruinvis gezien. Die gegevens roepen twee belangrijke vragen op. Hoe komt het dat bruinvissen in rivieren zo plots opduiken en even snel weer verdwijnen? En waaraan sterven ze?

Geen alleenstaand geval
Het toegenomen aantal waarnemingen van bruinvissen in rivieren beperkt zich niet tot de Schelde. In Duitse en Engelse rivieren zijn bruinvissen de laatste jaren vaker geziene gasten; zelfs vanop Tower Bridge in hartje Londen worden ze gespot. Ook hier worden helaas vaak dode exemplaren teruggevonden. Dichter bij huis zien we een vergelijkbaar verhaal. Waar initieel werd gedacht dat de Oosterschelde een ideale verblijfplaats is voor bruinvissen, bleek uit onderzoek dat het bekken mogelijk fungeert als ecologische val. Hoewel de Oosterschelde een eerder gesloten estuarium is en de Schelde een getijdenrivier, is er toch een trieste internationale trend te zien: bruinvissen zoeken vaker rivieren op en komen er aan hun einde.

De belangrijkste hypothese om die trend te verklaren is dat ze prooidieren als flint en spiering volgen die in het voorjaar rivieren op zwemmen om er te paaien. Mogelijk zijn de vissen slechts een tijdelijke voedselbron en krijgen de bruinvissen uiteindelijk te kampen met een fataal voedseltekort. Ook scheepvaart en harde rivierrecreatie zoals jetski’s behoren tot de mogelijke doodsoorzaken.

Een verbod op kieuw- en warrelnetten is al een stap in de goede richting, maar om de hoge sterfte bij bruinvissen tegen te gaan, is extra onderzoek heel belangrijk (Foto: Guy Borremans)

Onderzoek en bescherming nodig
In het nieuwe regeerakkoord van de Vlaamse regering wordt een verbod op het gebruik van kieuw- en warrelnetten aan de kustlijn voorzien, een stap in de goede richting. De bruinvis verdient volgens de Habitatrichtlijn van de Europese Unie het strengste beschermingsregime, en moet dus ook in onze rivieren beschermd worden. Om een beter inzicht te krijgen in de oorzaken van de hoge sterftecijfers, is meer onderzoek van levensbelang. Levende of dode bruinvissen melden en financiële steun geven, kunnen een belangrijke bijdrage betekenen voor de toekomst van de bruinvis in Belgische wateren. Wie een bruinvis heeft gezien kan dat melden via bruinvis.zoogdierenwerkgroep.be. Je vindt er ook meer informatie over de telactie en de soort.

Dit natuurbericht is gebaseerd op een artikel dat verschenen is in het herfstnummer van Zoogdier. Voor het volledige verhaal en veel meer kan je terecht in het tijdschrift, dat wordt uitgegeven door de Nederlandse Zoogdiervereniging en Natuurpunt. Abonneer je hier.

Tekst: Niels Desmet, Zoogdierenwerkgroep Natuurpunt naar "Het lot van bruinvissen in de Schelde", Niels Desmet
Foto’s: