rivierprik

Trekvissen vogelvrij in Nederland: 60.000 prikken verhandeld

Stichting RAVON
17-DEC-2014 - Binnenkort wordt de nieuwe Natuurwet, die de huidige Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet gaat vervangen, in de Tweede Kamer behandeld. De uitgangspunten zijn een goede bescherming van de biodiversiteit in Nederland zonder de lasten te verhogen. Als de insteek die nu in het wetsvoorstel gekozen is wordt doorgezet lijkt echter vooral het laatste uitgangspunt leidend. Een adequate bescherming schiet er voor veel soorten bij in. Dit betreft onder andere de wereldwijd bedreigde groep van trekvissen.

Bericht uitgegeven door Stichting RAVON op [publicatiedatum]

Binnenkort wordt de nieuwe Natuurwet, die de huidige Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet gaat vervangen, in de Tweede Kamer behandeld. De uitgangspunten zijn een goede bescherming van de biodiversiteit in Nederland zonder de lasten te verhogen. Als de insteek die nu in het wetsvoorstel gekozen is wordt doorgezet lijkt echter vooral het laatste uitgangspunt leidend. Een adequate bescherming schiet er voor veel soorten bij in. Dit betreft onder andere de wereldwijd bedreigde groep van trekvissen.

Bijna 90% van de in Nederland voorkomende trekvissoorten is sterk achteruitgegaan of verdwenen. Hoewel deze soorten zijn opgenomen in Europese beschermingsrichtlijnen laat de bescherming in ons land helaas nog steeds te wensen over. Navraag bij het Ministerie van Economische Zaken leert dat de meeste trekvissoorten in Nederland alleen onder het regime van de Visserijwet beschermd worden. Tot nu toe heeft dat de vissen geen goed gedaan. Het verhandelen van 60.000 vanuit de Habitatrichtlijn streng beschermde Nederlandse rivierprikken als aas voor snoekvissers in Engeland is hier een schrijnend voorbeeld van.

Rivierprik (foto: Jelger Herder)

Bevissing rivierprikken in 2012 mogelijk gemaakt door Nederlandse overheid
De rivierprik is een trekvissoort met een opmerkelijke maar ook kwetsbare levenscyclus. De blinde larven leven vijf tot zeven jaar in beek- en rivierbodems, waarna ze verder opgroeien in de kustwateren. Ze voeden zich hier door zich met hun mondschijf aan andere vissen vast te zuigen.

De soort nam in de afgelopen decennia weer toe en er werden zelfs drie paaiplaatsen in Nederland ontdekt. De toestand van de rivierprik is echter nog steeds kwetsbaar. Desondanks werd in 2012 door de Nederlandse overheid besloten deze op te nemen in de Visserijwet, waardoor het bevissen van de soort werd toegestaan.

Trekvissen buiten de nieuwe natuurwet
Vissoorten die over langere afstanden migreren om zich voort te planten of op te groeien worden wereldwijd bedreigd: populaties van soorten als de steur, zalm en aal, die grote rivieren als de Rijn en Maas vanuit zee optrekken, zijn uitgestorven of sterk afgenomen. Hetzelfde geldt voor soorten als kwabaal, barbeel en sneep die binnen rivier- en beeksystemen migreren. De situatie is dankzij de verbeterde waterkwaliteit, het aanleggen van vispassages, habitatherstel en herintroducties de afgelopen decennia iets verbeterd, maar de populaties zijn nog steeds zeer kwetsbaar door menselijke invloeden in riviersystemen. De hoop van RAVON is dat de trekvissoorten die in de Nederlandse rivieren voorkomen stevig verankerd worden in de nieuwe Natuurwet, zodat de leefgebieden en trekroutes goed beschermd worden tegen negatieve invloeden. Navraag bij het Ministerie van Economische Zaken leert helaas dat zoals het er nu voorstaat de meeste trekvissoorten in Nederland niet opgenomen zullen worden. Volgens het Ministerie volstaat de Visserijwet voor de bescherming van deze soorten. Middels deze wet worden de trekroutes en leefgebieden echter niet beschermd. Werkzaamheden in rivieren, die nog steeds veelvuldig plaatsvinden, hoeven dus niet getoetst te worden op het voorkomen van deze vissoorten.

60.000 verhandelde rivierprikken, topje van de ijsberg?
Bovendien lijkt de Visserijwet ernstig tekort te schieten in hetgeen waarvoor zij bedoeld is: het beschermen van vissoorten tegen overbevissing. Een schrijnend voorbeeld betreft de rivierprik die, onder protest van RAVON, in 2012 in de Visserijwet is opgenomen waardoor bevissing mogelijk werd. Volgens het ministerie zouden de vangsten, door het instellen van een gesloten tijd, beperkt blijven. Door RAVON werd hierbij de kanttekening geplaatst dat trekvissen zich op bepaalde plaatsen concentreren, zoals bij kustwerken als de Haringvlietsluizen en de Afsluitdijk, waardoor hier door vissers zeer grote vangsten te realiseren zijn. Dit jaar kwam hiervoor tijdens een internationaal congres over prikachtigen helaas de bevestiging: Engeland blijkt sinds enkele jaren een grote afzetmarkt te zijn voor rivierprikken... Een saillant detail hierbij is dat de visserij op rivierprikken in Engeland zelf juist is teruggeschroefd vanwege de internationaal beschermde status van de soort vanuit de Habitatrichtlijn. Voorzichtige schattingen van de Universiteit van Hull wijzen erop dat in de periode 2011-2012 maar liefst 60.000 rivierprikken (67% van de totale import) uit Nederlandse wateren geïmporteerd werden. Het gaat vermoedelijk om een aanzienlijk deel van de dieren die jaarlijks via Nederland de Rijn en Maas willen optrekken. Het is hierbij extra verontrustend dat er in de periode 2012-2014 zeer weinig, en soms zelfs geen, paaiende rivierprikken op de Nederlandse paailocaties werden waargenomen.

Tekst: Jan Kranenbarg, RAVON
Foto: Jelger Herder
Bron handel in rivierprikken: Foulds et al., 2014. Exploitation of European river lamprey for angling bait – the situation in England en Europe. IFM Lamprey Conference, York.