wit bosvogeltje gadget

Goed jaar voor Bleke bosvogeltjes

Werkgroep Europese Orchideeën
18-NOV-2014 - In 2014 hebben enkele leden van de Werkgroep Europese Orchideeën onderzoek gedaan naar het voorkomen van bosvogeltjes, een zeldzame groep orchideeën met sierlijke bloemen die hoofdzakelijk in Zuid-Limburg wordt aangetroffen. Van het Bleek bosvogeltje werden behoorlijk wat exemplaren aangetroffen. Het Wit bosvogeltje werd op slechts enkele plaatsen aangetroffen. Ronduit teleurstellend was dat het Rood bosvogeltje nergens werd aangetroffen.

Bericht uitgegeven door Werkgroep Europese Orchideeën [land] op [publicatiedatum]

In 2014 hebben enkele leden van de Werkgroep Europese Orchideeën onderzoek gedaan naar het voorkomen van bosvogeltjes, een zeldzame groep orchideeën met sierlijke bloemen die hoofdzakelijk in Zuid-Limburg wordt aangetroffen. Van het Bleek bosvogeltje werden behoorlijk wat exemplaren aangetroffen. Het Wit bosvogeltje werd op slechts enkele plaatsen aangetroffen. Ronduit teleurstellend was dat het Rood bosvogeltje nergens werd aangetroffen.

Bosvogeltjes zijn planten, maar spreekwoordelijk is de vogel op veel plekken wel gevlogen. Zo werd het Rood bosvogeltje (Cephalanthera rubra) midden jaren tachtig voor het laatst aangetroffen in de omgeving van Dordrecht. Wit bosvogeltje (Cephalanthera longifolia) werd recentelijk gevonden in Drenthe en Gelderland. Daarnaast zijn er meldingen van Wit bosvogeltje uit Zuid-Limburg. Enkele leden van de Werkgroep Europese Orchideeën hebben oude vindplaatsen geactualiseerd en hebben hiervoor kilometerhokken bezocht waarin bosvogeltjes werden aangetroffen. Er is geen onderscheid gemaakt tussen historische vindplaatsen en meer recente. Maar heeft dat wel zin? Vindplaatsen bezoeken waar begin 1900 een soort voor het laatst werd aangetroffen?

Bleek bosvogeltje (Cephalanthera damasonium) (foto: Menko van der Leij)

Bleek bosvogeltje (Cephalanthera damasonium) (foto: Menko van der Leij) 

   

 

 

 

 

 

 

 

Voorlopige resultaten onderzoek
In 2014 is een deel van de kilometerhokken onderzocht. Er zijn hokken bezocht voor de soorten Bleek, Rood en Wit bosvogeltje. 19 van de 35 hokken zijn bezocht voor de soort Bleek bosvogeltje (Cephalanthera damasonium). In een enkel geval werd de soort teruggevonden op een historische locatie. Op de reeds bekende plekken werden in 2014 aanzienlijk meer exemplaren aangetroffen dan in de voorgaande jaren. Op sommige plekken is het aantal planten bijna explosief toegenomen.

6 van de 13 bezoeken aan een kilometerhok waren gewijd aan het Wit bosvogeltje. Op één locatie werd de soort teruggevonden op een historische vindplaats. Het betreft een locatie waar de soort begin 1900 voor het laatst werd gemeld. Het betrof een relatief fors en bloeiend exemplaar. Op een andere locatie werd eveneens een bloeiend exemplaar aangetroffen, ditmaal betrof het een geheel nieuwe locatie. In beide gevallen betreft het een natuurlijk ogende standplaats. Het is onduidelijk of de soort beide vindplaatsen spontaan heeft bereikt.

Voor het Rood bosvogeltje zijn alle 5 kilometerhokken bezocht waarin de soort voorheen werd aangetroffen. Er zijn geen planten aangetroffen.

Wit bosvogeltje (Cephalanthera longifolia) (foto: Mark Engels)

Tot slot
Het onderzoek is relatief succesvol gebleken en heeft leuke waarnemingen opgeleverd. In twee gevallen werden kilometerhokken op een positieve wijze geactualiseerd en is een soort teruggevonden. Opmerkelijk zijn de twee vondsten van het Wit bosvogeltje. In beide gevallen betreft het een natuurlijk ogende standplaats. Het is onduidelijk of de soort beide vindplaatsen spontaan heeft bereikt. Wel dient te worden vermeld dat alle bosvogeltjes in hoge mate afhankelijk zijn van schimmels gedurende alle levensstadia. Gewoonweg verplanten leidt altijd tot sterfte van een plant. Daarnaast is het kwekers tot op heden nog niet gelukt om soorten uit het geslacht Cephalanthera (bosvogeltjes) te kweken op een speciale voedingsbodem. Het is daarom waarschijnlijk dat de plant(en) zich middels een natuurlijke cyclus op de locaties gevestigd hebben (dat wil zeggen: gekiemd zijn uit zaad). Hoe het zaad is aangevoerd (bewust of onbewust) of dat er sprake is van een zaadbank, dat blijft onduidelijk. In 2015 zullen de resterende kilometerhokken worden bezocht.

Tekst: Mark Meijrink, Werkgroep Europese Orchideeën
Foto's: Menko van der Leij; Mark Engels