Huidig warm en vochtig weer veelbelovend voor paddenstoelen

Nederlandse Mycologische Vereniging
16-JUL-2014 - Liefhebbers van paddenstoelen hebben altijd goed weer: is het warm en droog, dan vinden ze dat eigenlijk best wel fijn om te fietsen en te wandelen, maar nog beter voelen ze zich bij (erg) nat weer omdat ze dan veel paddenstoelen tegenkomen. De laatste tijd valt op veel plaatsen in het land veel neerslag in combinatie met warm weer. Ook al zou het nu een paar dagen droog worden, dan nog valt er binnenkort een hausse aan paddenstoelen te verwachten. Op dit moment is in de bossen al volop de Grote stinkzwam te ruiken, en ook de Parelamaniet laat zich al steeds vaker zien.

Bericht uitgegeven door de Nederlandse Mycologische Vereniging [land] op [publicatiedatum]

Liefhebbers van paddenstoelen hebben altijd goed weer: is het warm en droog, dan vinden ze dat eigenlijk best wel fijn om te fietsen en te wandelen, maar nog beter voelen ze zich bij (erg) nat weer omdat ze dan veel paddenstoelen tegenkomen. De laatste tijd valt op veel plaatsen in het land veel neerslag in combinatie met warm weer. Ook al zou het nu een paar dagen droog worden, dan nog valt er binnenkort een hausse aan paddenstoelen te verwachten. Op dit moment is in de bossen al volop de Grote stinkzwam te ruiken, en ook de Parelamaniet laat zich al steeds vaker zien.

Waarom paddenstoelen het zo goed doen onder vochtige omstandigheden, daarover is eigenlijk maar weinig bekend. Paddenstoelen bestaan voor het grootste gedeelte uit water, meer dan planten, en zijn in de bodem waarschijnlijk veel gevoeliger voor uitdroging dan planten. Een hoge temperatuur heeft nog een ander effect: de levenscyclus van een paddenstoel gaat sneller, anders gezegd, hij rijpt en verrot sneller. Daarom staan paddenstoelen later in de herfst langer.

Parelamaniet (foto: Martijn Oud)

Opvallend is dat paddenstoelen in het algemeen talrijker zijn in de loop van de herfst. Dat komt niet alleen door de zojuist beschreven langere levensduur bij lagere temperaturen. Ook hiervan is het precieze waarom niet bekend. Voor een deel heeft het te maken met de bodemtemperatuur. Deze loopt achter op het verloop van de luchttemperatuur, en bereikt pas in augustus/september haar hoogtepunt. Daarnaast schijnt de zon in de herfst minder hard, waardoor er minder water door planten uit de bodem onttrokken wordt, en blijft de bodem dus makkelijker vochtig. Ook de meeste paddenstoelen die aan bomen gebonden zijn via de mycorrhizasymbiose verschijnen later in de zomer en in de herfst. Er zijn wel aanwijzingen dat dit, naast de behoefte aan een vochtige bodem, te maken heeft met de beschikbaarheid van fotosyntheseproducten van de bomen waarmee ze verbonden zijn, maar hoe dit exact werkt is onbekend. Een nogal grof experiment uit Schotland uit de jaren ’60 van de vorige eeuw, gepubliceerd in Nature, toonde dit eenvoudig aan: als alle of de meeste bladeren van berken met de hand werden verwijderd, stopte de productie van paddenstoelen die aan die berken gelieerd waren, onmiddellijk.

Grote stinkzwam (foto: Martijn Oud)

Er valt dus nog veel te onderzoeken aan het hoe en waarom van het verschijnen van paddenstoelen. Van soorten die op organisch substraat groeien, zoals de champignon, oesterzwam en shiitake, weten we het best wel redelijk goed. Maar voor alle mycorrhizasymbionten geldt dat we het helemáál niet weten. Niet voor niets zijn truffels, eekhoorntjesbrood en cantharel duur in de winkel, want ze zijn in de natuur met de hand geplukt. Wie slim is en rijk wil worden, bedenkt hoe deze soorten gecultiveerd kunnen worden!

Tekst: Aad Termorshuizen, Nederlandse Mycologische Vereniging
Foto's: Martijn Oud, Nederlandse Mycologische Vereniging