Gekraagde roodstaart

Rijke biodiversiteit Noardlike Fryske Wâlden goed bewaard geheim

13-MEI-2014 - Het coulisselandschap van houtwallen en elzensingels in de Noardlike Fryske Wâlden (NFW) in Noordoost-Fryslân vormt een bijzonder gebied. De beslotenheid van het landschap en het feit dat het hier gaat om het grootste aaneengesloten wallen- en singelgebied van Europa, geven het nationale en zelfs internationale bekendheid. Toch bewaart het nog aanzienlijke geheimen. Zo blijkt het een bijzondere biodiversiteit te herbergen.

Bericht uitgegeven door Altenburg & Wymenga ecologische onderzoek, Landschapsbeheer Friesland en agrarische natuurvereniging Noardlike Fryske Wâlden[land] op [publicatiedatum]

Het coulisselandschap van houtwallen en elzensingels in de Noardlike Fryske Wâlden (NFW) in Noordoost-Fryslân vormt een bijzonder gebied. De beslotenheid van het landschap en het feit dat het hier gaat om het grootste aaneengesloten wallen- en singelgebied van Europa, geven het nationale en zelfs internationale bekendheid. Toch bewaart het nog aanzienlijke geheimen. Zo blijkt het een bijzondere biodiversiteit te herbergen.

In 2012 hebben Altenburg & Wymenga ecologisch onderzoek, Landschapsbeheer Friesland en de koepelorganisatie voor agrarisch natuur- en landschapsbeheer Noardlike Fryske Wâlden onderzoek gedaan naar die biodiversiteit.

Houtwallenlandschap bij Eastermar (foto: Landschapsbeheer Friesland)

Vleermuizen
In de beschutting van de wallen en de singels zijn in twee telrondes en op 128 punten zes soorten vleermuizen aangetroffen. In volgorde van talrijkheid zijn dat: gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, laatvlieger, rosse vleermuis, watervleermuis en tweekleurige vleermuis. De tweekleurige is op twee plekken waargenomen en is ook landelijk zeldzaam. Er is geen verschil geconstateerd in vleermuisactiviteit tussen houtwallen en elzensingels. In hoeverre het gebied rijker is aan vleermuizen dan andere landschappen, is voer voor nader onderzoek.

Houtwalvogels
De NFW blijkt rijk te zijn aan een bijzondere categorie broedvogels: de houtwalvogels. Dit zijn vogels die in verhoudingsgewijs grote aantallen in houtwallen en houtsingels broeden. In de NFW zijn dit de gekraagde roodstaart, grasmus, braamsluiper, tuinfluiter en spotvogel. Ze komen gemiddeld vijf keer meer voor dan op grond van het aandeel van de NFW in de totale landoppervlakte van Nederland verwacht mag worden. De gekraagde roodstaart en de spotvogel zijn de meest typische NFW-soorten: zij komen zes tot tien keer meer voor dan verwacht. Houtwallen blijken twee keer zo rijk aan broedvogels als elzensingels. Dat heeft mogelijk te maken met de grotere milieuvariatie in wallen in vergelijking tot singels.

Gekraagde roodstaart (foto: Benny Klazenga)

De laatste twintig jaar zijn de aantallen broedvogels in de elzensingels met 30 tot 80 procent afgenomen; de aantallen in de houtwallen zijn daarentegen in 35 jaar verdubbeld. Dit heeft mogelijk te maken met een intensivering van het landschapsonderhoud die voor elzensingels wellicht een drastischer effect heeft dan voor houtwallen. Maar dit moet nog verder worden onderzocht. Wel is duidelijk dat het voorkomen van meidoorns, oudere bomen en ondergroei van bramen en brandnetels belangrijk is voor de broedvogels.

Een verrassende vondst was een broedgeval van de grauwe klauwier. De grauwe klauwier is een landelijk zeldzame soort van de Rode Lijst die tot voor kort voornamelijk nog in een natuurgebied in Zuidoost Drenthe voorkwam. De laatste jaren breidt de soort zich uit, maar is in Fryslân nog steeds zeer zeldzaam. We troffen hem aan in een nieuw aangelegde houtwal bij Twyzel. De soort staat bekend als een indicator van een rijke levensgemeenschap.

Wilde rozen en bijzondere bramen
De wallen en singels in de NFW vormen ook een bijzonder leefgebied voor een aantal hogere planten, varens en mossen. Bijvoorbeeld voor planten van droog schraalgrasland, zoals muizenoor en zandblauwtje. Dicht havikskruid is een bijzondere soort van bosranden die ook op voedselarme wallen groeit. Het gewoon appelmos is een zeldzame mossoort die in Nederland sterk achteruit is gegaan en - naast de Veluwe - voornamelijk nog op houtwallen rond Eastermar voorkomt. Aan de voet van beschaduwde houtwallen wordt regelmatig dubbelloof gevonden, een varensoort van de Rode Lijst. De singels en wallen herbergen ook landelijk zeldzame soorten wilde rozen, zoals de schijnviltroos, beklierde heggenroos, schijnegelantier en berijpte viltroos, heggenroos en de harige vorm van heggenroos.

Werkelijk bijzonder is de grote rijkdom aan bramensoorten. Er zijn 28 voor het gebied inheemse soorten gevonden, waaronder de landelijk uiterst zeldzame fijne randbraam, ingesneden ruigtebraam en ijle schuilbraam. Voor vier soorten bramen vormen de NFW een Europees en zelfs mondiaal bolwerk. Voor zover bekend komen Rubus horridifolius en R. frieslandicus op wereldschaal alleen in de NFW voor. Zoals de laatste naam aangeeft, is de wetenschappelijke naam van deze soort van zijn unieke groeiplaats afgeleid.

Braam (foto: Landschapsbeheer Friesland)

De planten van droog schraalgrasland, het appelmos en dubbelloof groeien uitsluitend op houtwallen; de bijzondere soorten rozen en bramen groeien vooral in de elzensingels.

Ongewervelde diersoorten
In 2012 hebben we een verkennend onderzoek uitgevoerd naar ongewervelde dieren in samenwerking met European Invertebrate Survey Nederland (EIS). De nachtvlinders zijn het meest intensief onderzocht. Van deze groep zijn 437 soorten aangetroffen, verdeeld over veertig families. In vergelijking tot bos, heide en moeras herbergen de houtwallen 23 soorten die alleen in de wallen voorkomen (exclusieve soorten). De meeste zijn landelijk algemeen; zes soorten zijn landelijk schaars of zeldzaam. Ze luisteren naar welluidende namen als chinese letter en diana-uil. Verder zijn nog 228 soorten kevers, hooiwagens, tweevleugeligen, vliesvleugeligen, wantsen en waaiervleugeligen aangetroffen. Vermeldenswaard zijn de landelijk schaarse zadelgroefbij en de beschermde behaarde bosmier. Van de gewone drentelmier werd de meest noordelijke waarneming in Nederland ooit gedaan. Hoe groot de soortenrijkdom van de NFW is in vergelijking tot andere gebieden, hopen we nog verder te onderzoeken.

Behaarde bosmier (foto: Jinze Noordijk)

Ambitie
De drie samenwerkende organisaties zijn doordrongen van het unieke karakter van het coulisselandschap van de NFW. En inmiddels ook van de bijzondere biodiversiteit die er huist. Dat versterkt de ambitie van de organisaties om voor de komende jaren extra in te zetten op behoud en zo mogelijk verdere ontwikkeling van die biodiversiteit. Op een symposium op 23 april overhandigden we het onderzoeksrapport aan gedeputeerde Kramer van de Provincie Fryslân.

Lees verder in de verschillende deelrapporten bij het onderzoek.

Tekst: Ernst Oosterveld, Altenburg & Wymenga ecologisch onderzoek
Foto's: Landschapsbeheer Friesland; Benny Klazenga; Jinze Noordijk, EIS-Nederland