Enquête: publiek komt op voor boeren en weidevogels

27-APR-2014 - Nederlanders maken zich zorgen over de veranderingen in het Nederlandse landschap, zoals de toenemende bebouwing en de achteruitgang van de weidevogels. Maar zij zien de boeren niet als grote boosdoeners. Zij leggen de verantwoordelijkheid vooral bij de overheid. Dat is één van de uitkomsten van een representatieve enquête van Alterra die door ruim duizend mensen werd ingevuld.

Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]

Nederlanders maken zich zorgen over de veranderingen in het Nederlandse landschap, zoals de toenemende bebouwing en de achteruitgang van de weidevogels. Maar zij zien de boeren niet als grote boosdoeners. Zij leggen de verantwoordelijkheid vooral bij de overheid. Dat is één van de uitkomsten van een representatieve enquête van Alterra die door ruim duizend mensen werd ingevuld.

“Het weidelandschap wordt door de respondenten hoog gewaardeerd, met gemiddeld een 8,2, maar mensen zien ook dat het landschap verandert,” zegt Alterra-onderzoeker Fransje Langers. “Wat de mensen buiten vooral opvalt zijn de grotere stallen, meer bebouwing en minder koeien in de wei. Hoewel het ‘korte gras’ minder wordt opgemerkt dan andere veranderingen in het landschap, wordt dat toch nog door ongeveer de helft van de mensen genoemd. Zij koppelen de veranderingen in het landschap aan de achteruitgang van de weidevogels. Volgens de respondenten is de achteruitgang vooral te wijten aan de intensivering van de landbouw, versnippering van weidevogelgebieden, verkeersgeluiden en kunstlicht. Roofdieren worden door een kleine groep als belangrijkste veroorzaker aangewezen.”

Grutto (foto: Piet Munsterman)

Toch wijzen de meeste mensen niet naar de boeren als schuldige of eerstverantwoordelijke voor de achteruitgang van het landschap. De grootste verantwoordelijkheid heeft volgens de respondenten de overheid (51%), op afstand gevolgd door consumenten (29%). Alle overige partijen worden aanzienlijk minder genoemd: zuivelindustrie (20%), natuurorganisaties (20%), supermarkten (18%) en boeren (16%). Mensen voelen zich betrokken bij weidevogels en vinden dan ook dat maatregelen moeten worden genomen om de weidevogels te behouden. Van de voorgelegde maatregelen vindt subsidie voor boeren de meeste steun, samen met vergoeding voor boeren die weidevogelgebied beheren. Nieuwe reservaten en betaling van boeren door zuivelorganisaties worden minder vaak gekozen. Strengere regelgeving voor boeren zien respondenten niet zitten. De rode lijn in de bevindingen is dat het publiek opkomt voor boeren.

Het publiek is best bereid zich in te zetten om weidevogels te beschermen: slechts 9% wil niks doen. Respondenten lijken nog zoekende naar de manier waarop ze hun steentje willen bijdragen: ‘misschien wel’ is ook het meest gegeven antwoord bij de voorgelegde opties. Het meest positief waren de respondenten over het ‘handtekening zetten’ onder petities en het meer betalen voor zuivelproducten. De bereidheid om (misschien) te doneren is ook nog redelijk hoog. (Misschien) actie voeren op sociale media is het minst gekozen.

Dit onderzoek werd uitgevoerd tijdens de campagne ‘Red de rijke weide’ van Vogelbescherming Nederland. Deze campagne is bij het grote publiek nog niet opgevallen, maar de doelstellingen van de campagne worden in grote lijnen door het publiek ondersteund. Zoveel is duidelijk: het publiek wil zowel de weidevogels als de boeren behouden.

Bron: Alterra Wageningen UR
Foto: Piet Munsterman, Saxifraga